Anlong Veng (Cambodia), February 7th, 2015
Heaps of hello's


On the 20th of January we reluctantly left our tropical island to pick up our existence of rugged bicycle travelers. The next day we arrived at the most Southern border crossing into Cambodia. We got our exit stamp within 2 minutes. The next challenge was obtaining our Cambodian visa with as little bribery as possible. A gentleman with a neat white uniform requested our passports to, as became apparent later, compose a health statement. Our body temperatures were solemnly taken with a infrared thermometer at a distance of half a meter. The measured 33 degrees were in no way cause for panic and with a straight face the guy asked for a compensation of 1 dollar. We don't participate in this type of nonsense of course, so we cheerfully joined the next uniformed idiot who managed to skillfully combine issuing a visa with conquering the next level of Candy Crush. All in all we were into the country within no time, forced to quickly get used to cycling on the right side again.


Met enige weemoed verlieten we op 20 januari ons tropische eilandje om ons ruige bestaan van fietsreiziger weer op te pakken. De volgende dag arriveerden we bij de meest zuidelijke grensovergang met Cambodja. De exit-stempel hadden we binnen 2 minuten binnen. De uitdaging was vervolgens om met zo min mogelijk steekpenningen een Cambodjaans visum te bemachtigen. Een heerschap in net wit uniform vroeg onze paspoorten om, zo bleek later, een gezondheidsverklaring op te kunnen stellen. In dit kader werd plechtig onze lichaamstemperatuur gemeten met een infrarood thermometer en wel op een halve meter afstand. De gemeten 33 graden waren blijkbaar geen reden tot paniek en met stalen gezicht werd ons een vergoeding van 1 dollar gevraagd. Met dit soort flauwekul doen we natuurlijk niet mee, dus voegden we ons vol goede moed bij de volgende geüniformeerde malloot die het toekennen van een visum soepel wist te combineren met het candy crushen op zijn telefoontje. Al met al waren we binnen no time binnen en was het vervolgens weer wennen aan het rechts fietsen.


Yeah, we made it into Cambodia!


Cambodia welcomed us with a smooth and very quiet road, and lots of kids in school uniform cycling along with a shy smile after an enthusiastic 'hello!'. We headed to the (as turned out to be) somewhat lawless seaside town of Sihanoukville, with places where your pizza comes with a complimentary joint. We did indulge in some Western cuisine again (without mind expanding ingredients of course). To get there we had to resort to cycling 60 kilometers on a dusty gravel shoulder since the traffic to and from this harbor town proved to be a bit too frantic.


Cambodja verwelkomde ons met een gladde en rustige weg, en heleboel kinderen in schooluniform die met een verlegen glimlach verder fietsten na hun enthousiaste 'hello!!!'. We gingen op weg naar de (zo bleek) enigszins bandeloze badplaats Sihanoukville, met toko's waar je een joint krijgt bij je pizza. Hier konden we wel weer 2 rustdagen genieten van allerlei Westerse culinaire geneugten (zonder geestverruimende ingrediënten uiteraard). Daarvoor moesten we overigens wel zo'n 60 kilometer onze toevlucht nemen tot een stoffige gravelberm, aangezien het verkeer van en naar deze havenstad toch iets te maniakaal van karakter was.


Reduced visibility in the morning.


On our way to the capital we visited the Killing Fields of Cheung Ek. A trip to Cambodia can't be complete without learning a bit of what happened here almost 40 years ago under the Khmer Rouge. At this site a memorial stupa was erected filled with over 8000 skulls, dug up from the mass graves that were discovered here when Pol Pot was driven away. The Dutch audio tour gave us the chills. In Phnom Penh we stayed with Karen from the US who has been living in Cambodia for the last 6 years and also just explored New Zealand by bike. On a quest to find some chain lube (quite useful with all the dust here) we saw quite a bit of the city from a tuk-tuk.


Op weg naar de hoofdstad bezochten we de Killing Fields van Cheung Ek. Een trip door Cambodja is niet compleet zonder iets mee te krijgen van wat hier bijna 40 jaar geleden onder de Khmer Rouge plaatsvond. Op deze plek staat een herdenkingsmonument gevuld met ruim 8000 schedels, opgediept uit de massagraven die hier werden aangetroffen nadat Pol Pot was verdreven. De Nederlandstalige audiotour deed ons de rillingen over de rug lopen. In Phnom Penh zelf verbleven we bij de Amerikaanse Karen die al 6 jaar in Cambodja woont en ook net Nieuw-Zeeland per fiets had verkend. Op zoek naar een flesje kettingolie (geen overbodige luxe met al het stof hier) crossten we in een tuk-tuk de hele stad door.


Everything is possible in Cambodia: stuck in traffic on a bicycle!


The notorious S-21 prison in Phnom Penh. Formerly a school, now a museum.


We also walked around the national palace in the capital.


The visually oriented reader will have noticed that after leaving the capital we have made a loop around the big lake. The last days we've crossed some more distant parts, with all the dust that comes with it. Past stilt houses, rice paddies, crumbling temples and lots of greeting kids. In the evenings we go in search for the ultimate calorie bomb: tukalok. An extremely tasteful fresh fruit shake that usually only costs half a dollarTomorrow we hope to finally reach the temple complex around Angkor Wat where Céline and Maarten intend to cruise around on their bikes for a few days.


Zoals de visueel georiënteerde lezer al heeft kunnen vaststellen hebben we na het verlaten van de hoofdstad een boogje om het grote meer gefietst. De laatste dagen door wat meer ongerepte delen, met de daarbij behorende hoeveelheid stof. Langs paalwoningen, rijstvelden, half ingestorte tempels en nog heel veel meer groetende kinderen. In de avond gaan we op zoek naar de ultieme caloriebom: tukalok. Een extreem lekkere verse fruitshake die vaak maar een halve dollar kost. Morgen hopen we dan eindelijk aan te komen bij het tempelcomplex rond Angkor Wat waar ik me een paar dagen door Céline en Maarten zal laten rondfietsen.


These guys are usually attached to a rope, which is the way I like it.


Aaaah, this is why everyone is wearing those funny surgical masks!


A small taste of what's to come.


Quite a few monks in Cambodia.

Cần Thơ (Vietnam), February 23th, 2015
Temples, Tet and tons of two-wheeled traffic


And then we were at Angkor! What a place! Lots of temples and even more tourists! We really enjoyed the former, and tried hard to avoid most of the latter. Impressive reliefs, trees entwined with temples, and huge towers with four faces make this a magical place. The area with all this stuff is huge, so we even resorted to a tuk-tuk one day to see some more distant sites.


En toen waren we bij Angkor! Wat een plek! Heel veel tempels en nog meer touristen! We genoten van het eerste, en probeerden dat laatste enigszins te vermijden. Indrukwekkende reliëfs, bomen die totaal met tempels vergroeid zijn en enorme torens met vier gezichten maken dit een magische plaats. Het gebied dat door dit alles wordt beslagen is enorm, dus we hebben zelfs nog een dagje met een tuk-tuk rondgereden om de verder weg gelegen tempels te zien.


They built some big temples here.


A funky mix of Hinduism and Buddhism.


I'm still more of a nature kind of guy.


One of the many, MANY mysterious faces.


This is the kind of corny picture people get up at 5 a.m. for.


Ah, Cambodian women! If only I was a little bit taller... They don't all dress like this to be fair.


Céline and Maarten originally intended to do a full loop around the big lake, but the road back to the capital along the North side of the lake wouldn't be a good option. We read that it's currently 200 kilometers of 'nightmarish hellscape' because of roadworks, so with this I could convince my hardy human companions to take the boat back. This showed us another nice aspect of daily life, with lots of fishermen and floating villages. The former did cause us to get stuck in nets twice, so a brave Cambodian had to dive down with a dagger and free the propeller.


Oorspronkelijk wilden Céline en Maarten een rondje om het meer fietsen, maar de weg bovenlangs terug naar de hoofdstad zou momenteel geen fijne optie zijn. We lazen dat het door wegwerkzaamheden 200 kilometer lang een 'nightmarish hellscape' zou zijn, en met dit argument kon ik mijn ondertussen aardig geharde menselijke metgezellen overtuigen om de boot terug te nemen. Dit liet ons gelijk een heel ander aspect van het dagelijks leven zien, met heel veel vissers en drijvende dorpjes. Dat eerste zorgde er wel voor dat de boot twee keer in een net verstrikt raakte waarbij een dappere Cambodjaan gewapend met een dolk de diepte in moest om de schroef weer vrij te maken.


Watch where you throw that net!


Two days later we cycled across the Vietnam border without any hassle. Immediately we noticed the bright green rice fields, and quite a bit of communist symbolism. A pretty sight those red flags against the blue sky and green rice fields, you got to give that to those communists! The people here are quite a bit more extrovert, which is not a bad thing so far. It seems like they've never seen a white cyclist, let alone a white gnome before, something that regularly needs to be photographically documented. A few days ago we witnessed the celebration of Tet: Vietnamese New Year. Curiously there was just one big fireworks show in the city we happened to be in, a big contrast to the anarchy on the road. Luckily for us traffic here consists almost exclusively of scooters. New-years day we were taking a break next to the road when a young lady asked for a picture. Since we're good sports we agreed, and consequently were taken to her house nearby. After a family portrait we were installed at a table and given one snack after another, while trying to communicate with hands and feet. At our departure we received a kilo of sweet sticky rice with banana, yummie!


Twee dagen later fietsten we zonder gedoe de grens met Vietnam over. Gelijk vielen de felgroene rijstvelden op, naast de nodige communistische symboliek. Best mooi die rode vlaggen tegen de blauwe lucht en groene rijstvelden, dat doen die communisten dan weer goed! Na Cambodja zijn ze hier een flink stuk extraverter, wat tot nu toe vooral positief uitpakt. Het lijkt of men hier nog nooit een blanke fietser heeft gezien, laat staan een blanke kabouter, en we worden dan ook regelmatig fotografisch vastgelegd. We waren verder getuige van de viering van Tet: Vietnamees nieuwjaar. Opvallend genoeg werd in de stad waar we waren keurig op 1 plek een vuurwerkshow gegeven, dit in tegenstelling tot de anarchie op de weg. Gelukkig bestaat het verkeer hier vrijwel uitsluitend uit scootertjes. Op nieuwjaarsdag zaten we aan de kant van de weg wat te eten toen een jongedame vroeg of ze een foto mocht maken. Wij zijn de kwaadste niet en stemden hier in toe, waarop we werden meegetroond naar haar huis. Na een groepsportretje met de hele familie werden we aan een tafeltje geïnstalleerd en kregen we de ene versnapering na de andere, terwijl we met handen en voeten probeerden ons verstaanbaar te maken. Bij het afscheid kregen we nog een kilo zoete kleefrijst met banaan mee, lekker!


Happy New Year!


We also saw a few dragon dances.


We're now cycling through the Mekong delta, which means lots of bridges and a ferry every now and then. A lot of the roads (and bridges and ferries) are too small for cars, which is a good thing. The road surface often hurts the eye, not to mention the privates (which is a bad thing). Just as with the fireworks it seems like people try to avert disaster by totally superfluous honking, perhaps not such a bad thing with the seemingly total lack of driving skill and common sense that is displayed here daily.

By the way, the communists block weblogs like this. I had to release Maarten's inner nerd to find a way around this. So if you don't hear from us for a while we might be in some cyber terrorist prison camp.

We fietsen nu door de Mekong delta, wat betekent dat we heel veel bruggen en bruggetjes over moeten, en nu en dan een pontje. Veel wegen (en bruggetjes en pontjes) zijn te klein voor auto's, wat fijn is. Het wegdek doet af en toe weer pijn aan de ogen, om nog maar te zwijgen van de edele delen (wat minder fijn is). Net als met het vuurwerk lijkt men hier door volledig overbodig getoeter het noodlot af te wenden, wat bij een schijnbaar volledig gebrek aan rijvaardigheid en gezond verstand wellicht niet verkeerd is.

Overigens blokkeren de communisten weblogs als deze, en moest ik de nerd in Maarten naar boven halen om via een omweg deze update te kunnen plaatsen. Als u een tijdje niets van ons hoort zitten we dus mogelijk in een strafkamp voor cyberterroristen.


21 februari 2015, 10.30 uur.


The opium of the people is not quite abolished yet.

route part IV

route part I + II + III